in memoriam & overledenen

Online alumni magazine WINTER 2022/2023
Online alumni magazine WINTER 2022/2023

IN MEMORIAM & OVERLEDENEN

Marijke Klaartje Lydia Wesly

16 april 1939 – 5 augustus 2022

tekst | ben haveman
beeld | Privéarchief nabestaanden

Een crematie zonder sprekers, zonder bloemen, zonder muziek. Zo wilde ze het, en zo gebeurde het. Zo onopvallend en bescheiden ze had geleefd, zo moest ook de finale zijn van de vrouw die nog nooit lippenstift of mascara had gebruikt.

Marijke Wesly, ooit topcoryfee bij de afdeling Titelbeschrijving van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam, was in de UB betrokken geweest bij een grote operatie: de catalogus toegankelijk maken op titel en auteur. Ze oogstte er landelijke faam door in de beginfase van de digitalisering. ‘Miljoenen kaartjes uit grote kaartenbakken moesten digitaal worden ingevoerd’, aldus haar toenmalige collega en beste vriendin Ineke Verweel.

In een protestants gezin van zeven kinderen groeide Marijke Wesly op in een huis aan de Maas in Maastricht. Haar vader was directeur van de papierwarenfabriek die nu nog zijn naam draagt. Als leerling van het Stedelijk Gymnasium onderbrak Marijke prompt haar huiswerk wanneer jongere zus July aanklopte om hulp bij Latijn of wiskunde. ‘Dan legde ze haar boek neer om me te helpen, op maar één keer na, toen ze zei: “Even wachten, ik moet dit eerst afmaken”. Ze was lief en bescheiden, té bescheiden. Ze had wat meer van zichzelf mogen laten zien, maar ze wilde niet in de schijnwerpers staan.’

Marijke Wesly koos voor bèta, om vervolgens met het alfa-examen te scoren. ‘Dat was fantastisch, ik keek erg tegen haar op’, zegt vriendin Julia Klooster, met wie ze nadien naar Frankrijk en Italië liftte – ze spraken uit voorzorg af dat er maar één man in de auto mocht zitten. ‘Als meisje was ze vrolijk, later niet meer zo.’

Net als veel meisjes van haar generatie ging Wesly Franse taal, cultuur en letterkunde studeren. In 1967 haalde ze moeiteloos haar doctoraal bij de UvA, met bijvak Portugees. Gegrepen door de romancyclus van Marcel Proust gaf ze enige tijd Franse les op een lyceum in Amsterdam-West ‘en dat vond ze verschrikkelijk’ (zus July) ‘vanwege de desinteresse bij leerlingen’. ‘Ze kon niet goed orde houden, daar was ze veel te lief voor’ (vriendin Ineke Verweel). Proust was er bij voorbaat kansloos geweest.

Met haar specialisme kon ze in 1968 bij de UB terecht, waar Wesly’s benoeming tot vakreferent Frans niet uitbleef. Voordien had ze het diploma wetenschappelijk bibliothecaris weten te halen. Een paar jaar later slaagde ze voor het staatsexamen muziek; harmonieleer en solfège hadden geen geheimen voor haar, dankzij vier jaar les door haar toenmalige man Rudi van der Linde, natuurkundige en muziektheoreticus, die ook uit Limburg kwam en die ze in Amsterdam had leren kennen.

Ze woonden boven elkaar in een smal grachtenpand met dito wenteltrap. Het huwelijk liep in 1990 op de klippen. Ze verhuisde en had enige tijd een andere partner die haar verliet voor een jongere vrouw. Liefde voor moderne beeldende kunst voerde haar samen met vriendin Ineke Verweel naar musea in binnen-en buitenland. Van iedere expositie kocht ze een catalogus. Toen ze vijf meter aan kunstcatalogi had vergaard, vond ze het welletjes.

Ze hield van oude muziek, opera en ballet, gaf royaal aan goede doelen en deed veel aan vrijwilligerswerk. Na haar pensionering in 2005 hielp ze de dochter van haar Ghanese huishoudhulp met examenstof wiskunde. ‘Ze was een ontzettende schat en begaan met mensen’ (vriendin Julia Klooster). Ze stoorde zich allerminst aan daklozen die lange tijd de leeszaal van de UB bevolkten en niet zo lekker roken. De stakkers moesten toch ergens heen in kou en regen?

Graag steunde Marijke Wesly het Amsterdams Universiteitsfonds dat studenten en wetenschappers helpt hun dromen te verwezenlijken. Ze schonk koffie in de sociëteit bij de seniorenflat waar ze woonde. Voor iemand met amper culinaire aspiraties, bezat Marijke verrassend veel kookboeken, aldus haar ex-man Rudi, met wie ze de laatste jaren weer contact onderhield.

Een chronische rugkwaal maakte gemeenschappelijk concertbezoek steeds lastiger. Ook haar voeten speelden op. Ze liep met een rollator en leed aan slapeloosheid. ‘Ze voelde zich slecht, ze had er genoeg van’, zegt haar ex, die haar lichaam aantrof. De avond tevoren hadden ze nog met elkaar gebeld. Een officiële doodsoorzaak is niet aangegeven.  ‘Ze was niet bang voor het einde.’

Bij de muziekloze uitvaart waar je een speld kon horen vallen, herdacht Julia Klooster haar vriendin Marijke als het meisje dat vroeger vrolijk was, en later minder.

Een crematie zonder sprekers, zonder bloemen, zonder muziek. Zo wilde ze het, en zo gebeurde het. Zo onopvallend en bescheiden ze had geleefd, zo moest ook de finale zijn van de vrouw die nog nooit lippenstift of mascara had gebruikt.

Marijke Wesly, ooit topcoryfee bij de afdeling Titelbeschrijving van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam, was in de UB betrokken geweest bij een grote operatie: de catalogus toegankelijk maken op titel en auteur. Ze oogstte er landelijke faam door in de beginfase van de digitalisering. ‘Miljoenen kaartjes uit grote kaartenbakken moesten digitaal worden ingevoerd’, aldus haar toenmalige collega en beste vriendin Ineke Verweel.

In een protestants gezin van zeven kinderen groeide Marijke Wesly op in een huis aan de Maas in Maastricht. Haar vader was directeur van de papierwarenfabriek die nu nog zijn naam draagt. Als leerling van het Stedelijk Gymnasium onderbrak Marijke prompt haar huiswerk wanneer jongere zus July aanklopte om hulp bij Latijn of wiskunde. ‘Dan legde ze haar boek neer om me te helpen, op maar één keer na, toen ze zei: “Even wachten, ik moet dit eerst afmaken”. Ze was lief en bescheiden, té bescheiden. Ze had wat meer van zichzelf mogen laten zien, maar ze wilde niet in de schijnwerpers staan.’

Marijke Wesly koos voor bèta, om vervolgens met het alfa-examen te scoren. ‘Dat was fantastisch, ik keek erg tegen haar op’, zegt vriendin Julia Klooster, met wie ze nadien naar Frankrijk en Italië liftte – ze spraken uit voorzorg af dat er maar één man in de auto mocht zitten. ‘Als meisje was ze vrolijk, later niet meer zo.’

Net als veel meisjes van haar generatie ging Wesly Franse taal, cultuur en letterkunde studeren. In 1967 haalde ze moeiteloos haar doctoraal bij de UvA, met bijvak Portugees. Gegrepen door de romancyclus van Marcel Proust gaf ze enige tijd Franse les op een lyceum in Amsterdam-West ‘en dat vond ze verschrikkelijk’ (zus July) ‘vanwege de desinteresse bij leerlingen’. ‘Ze kon niet goed orde houden, daar was ze veel te lief voor’ (vriendin Ineke Verweel). Proust was er bij voorbaat kansloos geweest.

Met haar specialisme kon ze in 1968 bij de UB terecht, waar Wesly’s benoeming tot vakreferent Frans niet uitbleef. Voordien had ze het diploma wetenschappelijk bibliothecaris weten te halen. Een paar jaar later slaagde ze voor het staatsexamen muziek; harmonieleer en solfège hadden geen geheimen voor haar, dankzij vier jaar les door haar toenmalige man Rudi van der Linde, natuurkundige en muziektheoreticus, die ook uit Limburg kwam en die ze in Amsterdam had leren kennen.

Ze woonden boven elkaar in een smal grachtenpand met dito wenteltrap. Het huwelijk liep in 1990 op de klippen. Ze verhuisde en had enige tijd een andere partner die haar verliet voor een jongere vrouw. Liefde voor moderne beeldende kunst voerde haar samen met vriendin Ineke Verweel naar musea in binnen-en buitenland.

Van iedere expositie kocht ze een catalogus. Toen ze vijf meter aan kunstcatalogi had vergaard, vond ze het welletjes.

Ze hield van oude muziek, opera en ballet, gaf royaal aan goede doelen en deed veel aan vrijwilligerswerk. Na haar pensionering in 2005 hielp ze de dochter van haar Ghanese huishoudhulp met examenstof wiskunde. ‘Ze was een ontzettende schat en begaan met mensen’ (vriendin Julia Klooster). Ze stoorde zich allerminst aan daklozen die lange tijd de leeszaal van de UB bevolkten en niet zo lekker roken. De stakkers moesten toch ergens heen in kou en regen?

Graag steunde Marijke Wesly het Amsterdams Universiteitsfonds dat studenten en wetenschappers helpt hun dromen te verwezenlijken. Ze schonk koffie in de sociëteit bij de seniorenflat waar ze woonde. Voor iemand met amper culinaire aspiraties, bezat Marijke verrassend veel kookboeken, aldus haar ex-man Rudi, met wie ze de laatste jaren weer contact onderhield.

Een chronische rugkwaal maakte gemeenschappelijk concertbezoek steeds lastiger. Ook haar voeten speelden op. Ze liep met een rollator en leed aan slapeloosheid. ‘Ze voelde zich slecht, ze had er genoeg van’, zegt haar ex, die haar lichaam aantrof. De avond tevoren hadden ze nog met elkaar gebeld. Een officiële doodsoorzaak is niet aangegeven.  ‘Ze was niet bang voor het einde.’

Bij de muziekloze uitvaart waar je een speld kon horen vallen, herdacht Julia Klooster haar vriendin Marijke als het meisje dat vroeger vrolijk was, en later minder.

DIRK-JAN VAN OMMEREN 1950

Econometrie 1975, CEO bij Oranje-Nassau Groep
(24 april)

MARIJKE WESLY 1939

Franse taal en cultuur 1967
(5 augustus)

RON DE JONG 1960

Promotie Letteren 1999, historicus en onderzoeker bij de Kiesraad
(10 augustus)

LIESBETH BRANDT CORSTIUS 1940

Kunstgeschiedenis en archeologie 1967, directeur Museum voor moderne kunst Arnhem 1982 – 2000
(12 augustus)

TESSEL POLLLMANN-SCHLICHTING 1940

Promotie Geesteswetenschappen 2006, journalist bij Vrij Nederland, auteur en onderzoeker aan het NIOD
(12 augustus)

RONALD DE JONG 1945

Sociale geografie 1989, loods en eerste stuurman.
(15 augustus)

BRAM PEPER 1940

Sociale geografie 1965, burgemeester van Rotterdam 1982 – 1998, minister van Binnenlandse Zaken 1998 – 2000
(20 augustus)

GERRIT NEVENZEEL 1929

Psychologie 1953
(25 augustus)

HERMAN VAN DER WAALS 1930

Nederlands recht, privaatrechtelijke richting 1958
(1 september)

JOSÉE VAN DE LAAR 1952

Nederlands recht 1988, advocaat, mediator en lid van de Compensatie Commissie Seksueel Misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk
(2 september)

PIET HEEMSKERK 1939

Wis- en Natuurkunde 1969, actief voor vele lokale verenigingen
(6 september)

WILLEM ROOBOL 1935

Promotie Geesteswetenschappen 1974, hoogleraar Europese Studies
(25 september)

IN MEMORIAM

ERNST GORTZAK 1936

Geneeskunde 1964, chirurg
(27 september)

ALI DE REGT 1941

Algemene politieke en sociale wetenschappen 1972, promotie Sociale wetenschappen 1984 socioloog, docent en onderzoeker UvA
(12 oktober)

REINIER SCHWIETERT 1962

Promotie Sciences 1992, farmaceutisch ondernemer
(12 oktober)

PETER STEIN 1927

Hoogleraar Privaatrecht 1966 – 1992, auteur studieboeken, annotator Nederlandse Jurisprudentie
(14 oktober)

JOOP RINGELBERG 1931

Biologie 1955, hoogleraar Limnologie 1980-1995
(20 oktober)

NEL KOLE 1935

Nederlands recht, privaatrechtelijke richting 1960
(21 oktober 2022)

JAN TRUIJENS 1944

Promotie Economie 2010, docent Amsterdam Business School
(27 oktober)

GERRIT BOLLEN 1931

Biologie 1963, internationaal baanbrekend op het gebied van bodemfytopathologie
(30 oktober)

FELIX SAABEL 1996

European Private Law 2022
(9 november)

FLORIS MALJERS 1933

Economie 1957, topman Unilever
(2 december)

Video
Delen

Uw naam

E-mail

Naam ontvanger

E-mail adres ontvanger

Uw bericht

Verstuur

Share

E-mail

Facebook

Twitter

LinkedIn

WhatsApp